Nabijheid

We werken op het MLA#2 in deelscholen waar de leerlingen en docenten elkaar goed kennen. Hierdoor kunnen de we de leerlingen als team ook goed kunnen begeleiden. Iedere deelschool heeft namelijk een vast docententeam. Deze docenten zijn ook de coaches van de klassen. Door als team om de leerling heen te staan, is het makkelijker om als docentengroep zicht te houden op een bepaalde klas en/of leerling.

Coach

Op het MLA#2 heeft iedere leerling een persoonlijke coach. Dit is een docent die de leerling begeleidt. De coach is het aanspreekpunt voor de leerling en voor zijn ouders. De leerling heeft ieder blok meerdere gesprekken met zijn coach. De gesprekken helpen de leerling bewust te worden van wat zijn mogelijkheden zijn en wat hij wil bereiken, maar ook waar hij nog aan moet werken en wat hij daarvoor nodig heeft. Zo leert de leerling zichzelf goed kennen en krijgt hij geleidelijk steeds meer grip op zijn eigen leerproces. Tijdens het coachgesprek kan de leerling ook praten over ervaringen binnen de klas of op school. De coach geeft de leerling in het eerste jaar les en blijft waar mogelijk de leerling drie jaar begeleiden.

Ontwikkelverslag

Vier keer per jaar ontvangt uw kind een ontwikkelverslag in zijn digitale ontwikkeldossier. Een verslag waarin we de leerling feedback geven op zijn gemaakte werk (bewijswerk), zijn werkhouding en zijn gedrag. Deze feedback helpt de leerling om zicht te krijgen en ook grip te krijgen op zijn eigen leerproces. De feedback bestaat uit een pictogram, aangevuld met geschreven feedback en soms ook een vereiste actie. Het pictogram geeft een totaalbeeld over hoe de vakdocent ziet dat het met de leerling gaat.

Ontwikkelgesprek

Zeven keer per jaar heeft de leerling een ontwikkelgesprek, een ijkmoment, waarop wij met de leerling kijken hoe het met hem gaat. Het ontwikkelgesprek is van de leerling, wat betekent dat de leerling altijd het eerste deel van het gesprek verzorgt. In het gesprek vertelt hij iets over zijn ontwikkeling van de afgelopen weken. Dit kan hij in de vorm doen waar hij zich prettig bij voelt; een presentatie, een filmpje, door het beantwoorden van een aantal voorbereide vragen, etc.

Tijdens twee van de gesprekken zijn ook de ouders bij het gesprek aanwezig, zodat we gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor de ontwikkeling van het kind.

De feedback op het ontwikkelverslag kan de leerling gebruiken ter voorbereiding van zijn volgende ontwikkelgesprek. Deze voorbereiding hoeft hij niet alleen te doen, hij wordt hierin ondersteund door zijn coach. Samen reflecteren ze op de feedback; waar staat hij, wat hij heeft geleerd de afgelopen weken, wat heeft dit met hem gedaan en welke doelen stelt hij voor zichzelf de komende tijd. Na de presentatie van de leerling bespreken we met elkaar de presentatie na. Op deze manier zijn we gezamenlijk verantwoordelijk voor de ontwikkeling van uw kind en kunnen wij ook zijn successen vieren.

Beoordelen

 Een van de bekendste uitspraken van Maria Montessori is; ‘Help mij hetzelf te doen’. Een uitspraak die wij als basis gebruiken voor ons onderwijs. Om de leerling hierbij te helpen, is het van belang dat we de ontwikkeling van de leerling nauwgezet volgen en dat we weten wat iedere leerling nodig heeft om een stapje verder te komen. Ieder kind is anders en ook de stappen die nodig zijn, verschillen dus per leerling.

Op het MLA#2 werken we daarom vanuit een ontwikkelingsgerichte visie; we focussen ons op de ontwikkeling van de leerling en niet direct op de beoordeling. We geven de leerling geen cijfers maar geven de leerling feedback. Dit betekent niet dat we niet weten hoe de leerlingen ervoor staan. Integendeel zelfs. We volgen hun ontwikkeling constant en niet alleen pas aan het einde van een blok bij een toets. De docent zet in de lessen bewust activiteiten in om leerlingen te activeren en om informatie te verzamelen of de leerlingen de stof al begrijpen of beheersen. De docent ziet hierdoor wat een leerling al goed kan, welke fouten er nog worden gemaakt en waar de leerling nog extra uitdaging nodig heeft. Hij kan de leerlingen tijdens contactmomenten passende feedback geven en weet welke lesstof hij extra moet aanbieden. In plaats van een beslissing te nemen op basis van het optellen, wegen en middelen van een aantal cijfers/scores uit momentane prestaties, kan de docent door deze manier van werken veel meer zeggen over de ontwikkeling van de leerling gedurende het gehele proces. Dit biedt vervolgens kansen om de informatie uit deze vele momenten te benutten om als team tot een beoordeling te komen in de derde klas of de leerling gaat werken richting het eindexamen mavo, havo of vwo.